Hoe ga je om met de boosheid van je kind?

Je kind wordt om de kleinste dingen boos. Denk maar eens aan de ene keer in de supermarkt, waar je kind niet die snoepjes mocht pakken van jou die hij of zij graag wilde hebben. Of die ene keer in de speeltuin, toen je je kind uit de schommel haalde omdat jullie naar huis moesten. Voor veel kleine kinderen is het lastig om boosheid of frustratie onder controle te houden wat vervolgens dus leidt tot boosheid of een echte driftbui. Hoe kun je omgaan met een boos kind? In dit blog een aantal tips die je kan toepassen.

 

Dreumesen en peuters

Als je kind twee jaar is dan ontdekt je kind dat hij of zij ook een eigen wil heeft. Je kind laat dit graag horen, want wanneer iets niet lukt of anders gaat dan gedacht dan wordt je kind boos. Vaak wordt dit een flinke driftbui. Ook kan het zo zijn dat je kind zich nog niet kan uitdrukken in woorden om gevoelens over te brengen. Wil je kind iets niet dan zal je kind ook boos worden en in veel gevallen wordt ook dit een driftbui. Luister in dat geval naar je kind, dan wordt de boosheid vaak een heel stuk minder. Let wel op: luister naar je kind en vertel dat je best snapt dat dit niet leuk is, maar dat het nu even moet. Dat het niet altijd gaat zoals je kind wil. Je toont dan begrip, maar je geeft niet toe. Dat is belangrijk, want dit gedrag keur je niet goed. Je kind leert dan ook meteen omgaan met tegenslagen. Het is belangrijk dat je rustig blijft en met een rustige stem praat en dat je je kind eerst laat uitrazen. Ook kun je een plekje maken in de woonkamer waar je kind boos mag zijn.

Basisschoolkinderen

Als je kind iets ouder is, in de leeftijd van vier tot twaalf, dan reageert je kind vaak verbaal. Als er een woedeaanval is dan reageert je kind zoals jij het hem of haar hebt geleerd toen hij of zijn nog een dreumes was. Gaf je je kind vroeger de ruimte, ook als hij of zij boos was? Dan zullen de woedeaanvallen nu wel meevallen. Oudere kinderen worden snel boos als er niet geluisterd wordt naar de reden van hun boosheid. Probeer ook hier je kind goed te begrijpen. Het is belangrijk dat je rustig blijft, dat je niet meteen oordeelt, dat je samen praat over de reden van de boosheid en dat je probeert te luisteren naar je kind.